Rasavonturen!

Juli en augustus waren leuke, volle maanden voor ons! Merijn heeft veel gereisd in die periode, ik wat minder. Vrij snel na onze trip naar Brunei in juni is Merijn naar de Filipijnen gegaan voor planning workshops. Tijdens de midterm review in april was afgesproken dat zulke meetings voor alle projectgebieden gehouden zouden worden om per gebied gezamenlijk een actieplan te gaan maken. Omdat we al veel tijd aan dit project besteed hebben en er daardoor gewoon niet veel uren meer voor over hebben, is Merijn alleen naar het deel van de meetings gegaan op Mindanao. De meetings waren goed en productief, we wachten nu alleen nog op de uitgewerkte plannen..

Terwijl Merijn in de Filipijnen was, kreeg ik Susanna Tol, een collega van Wetlands in Nederland, en Steven de Roever, haar vriend, op bezoek in KL. Susanna en Steven reizen een jaar lang door Azië en waren tien maanden onderweg toen ze in KL kwamen. Ze hebben hier een paar dagen gerelaxed en we zijn naar Bon Odori, een Japans festival, geweest met Denise, onze collega hier. Ik heb heel wat goede verhalen en tips gehoord van Susanna en Steven en ze hadden prachtige foto’s. Het heeft het reisvirus helemaal los gemaakt, we zijn nu hard aan het plannen voor onze eigen reis na de periode van vrijwilligerswerk! We hebben zelfs besloten een maand eerder te stoppen met werk, zodat we meer tijd hebben om te reizen. Ik kan me voorstellen dat het voor iedereen lijkt alsof we alleen maar reizen en gave dingen doen hier en dat het dus misschien raar lijkt dat we zo naar het reizen aan het eind uitkijken. Maar reizen voor werk en reizen voor de lol zijn twee heel verschillende dingen. En we hebben hier ook heel wat saaiere kantoorperiodes gehad, waar we natuurlijk niet over schrijven in de blogs.. We beklagen ons trouwens absoluut niet!! We zijn op plekken geweest waar je als gewone  reiziger nooit zult komen, hebben bijzondere en interessante mensen ontmoet en hebben hele gave dingen gedaan! Maar we hebben toch ook behoefte aan een wat langere vakantie waar we even helemaal los kunnen komen van werk en van de grote ecologische problemen waar we steeds mee bezig zijn. En daar hebben we de laatst tijd wat voorproefjes op genomen!

Nadat Merijn terugkwam uit de Filipijnen is hij bijvoorbeeld een paar dagen naar Taman Negara, een van de beste nationale parken van Maleisië, geweest met Lucas Kaaij, een Nederlandse vogelaar en Duncan Lang, een Engelse vogelaar hier die hij via het Brunei project kent. Nu de vogelgeluiden een beetje bekend zijn en hij met twee hardcore vogelaars op pad was, werd er veel van het pad afgegaan (wat nodig is om de moeilijkste vogels te zien) en lukte het om veel gave vogels gezien, zoals Gekuifde Vuurfazant, Grote Argus Fazant, Garnett Pitta, Zwartwitte Bulbul, Jambu Fruitduif en de zeer zeldzame Waterval Gierzwaluw. Een lange nacht in een schuilhut midden in het bos leverde ook een Maleise Tapir op!

Toen Merijn thuis kwam, was Thirza er! Thirza Ras is een studievriendin van Merijn die ons verblijf hier heeft aangegrepen voor een maand vakantie in Maleisië, superleuk! Met Thirza hebben we een aantal trips gemaakt. Onder andere een dagtripje naar de kust hier om mangroves en vuurvliegjes te zien, samen met Stefano, een van de vrienden die we over hebben gehouden aan onze taalcursus; en een bezoek aan FRIM en de Batu Caves bij KL.

[flickr_set id="72157635305146681"]

Maar de leukste trips die we met Thirza gedaan hebben, waren een reis met ook Denise naar Borneo van anderhalve week en een lang weekend met z’n drieën op een tropisch eilandje! Op Borneo zijn we eerst naar Sarawak geweest, naar de hoofdstad Kuching en Bako National Park, een natuurgebied aan de kust, met bijzondere vegetatie, mooie wandelingen en.. neusapen! Ook hebben we een ‘cultural village’ bezocht waar typische huizen van de verschillende bevolkingsgroepen (o.a. de longhouses van Dayaks; koppensnellers..) nagebouwd waren.

Sarawak was erg leuk, maar het echte avontuur kwam daarna pas; we hebben in Sabah Mount Kinabalu, de hoogste berg van Zuid-oost Azië beklommen! Vorig jaar waren we daar met mijn ouders geweest, maar toen waren we niet tot de top gegaan. Dat bleef echter in ons achterhoofd knagen, omdat het zo super mooi was daar. Tayallen, een vriend van Denise, had op het laatst besloten ook mee te gaan en met z’n vijven hebben we een geweldige tocht gehad. In het kort: de eerste dag was vooral erg mooi, de tweede dag was meer een leuke, interessante lichamelijke uitdaging, met ook mooie uitzichten.

We hadden geluk met het weer en begonnen de eerste dag met een straalblauwe hemel. De eerste dag klim je van ongeveer 2000 meter hoogte naar een hut op 3200 meter hoogte. Dit was een prachtige tocht. We hadden een langere en daardoor rustigere route dan de normale route gekozen en hebben genoten van de mooie uitzichten en bijzondere vegetatie. De tweede dag sta je op om twee (!) uur ‘s ochtends om de laatste 800 meter omhoog te klimmen en rond zonsopkomst bij de top te komen. Omdat het zo hoog en nog donker is, gaat het klimmen vrij langzaam, maar het ging bij ons allemaal goed gelukkig, geen hoogteziekte oid. Het is wel bijzonder om in het donker in een lange sliert mensen een berg te beklimmen. Het leek wel een soort kerstprocessie als je omkeek, omdat iedereen van de hoofdlampjes op had. Het was ook bijzonder om daarna bij daglicht weer naar beneden te lopen en te zien waar je net in het donker gelopen hebt. Zeker aangezien we nogal steile, best spannende dingen gedaan hadden!! En het uitzicht, zowel op de top als onderweg terug: WAUW!!! Na de afdaling van de top naar de hut en een ontbijtje daar, kwam het zwaarste deel van de hele tocht; de afdaling 2400 meter naar beneden! Na de tocht waren we allemaal erg moe en hadden we pijnlijke benen, maar we waren ook zeer voldaan en blij!

[flickr_set id="72157635305231723"]

Na de reis naar Borneo zijn wij weer aan het werk gegaan, terwijl Thirza nog op Borneo bleef. Ze kwam weer terug naar Kl om haar verjaardag met ons te vieren en aan het eind van haar vakantie zijn we met z’n drieën naar Pulau Perhentian geweest, naar dezelfde plek waar wij vorig jaar een paar dagen waren geweest. Daar hebben we heerlijk gerelaxed en gesnorkelt. We hebben weer van alles gezien; haaien, murenes, twee soorten zeeschildpadden, vissen in allerlei soorten en maten, het blijft genieten! Ook hebben we een discovery dive gedaan. Erg leuk om zo onder water te ‘vliegen’ en de vissen overal om je heen te zien. De ‘engste’ vis was geen haai, maar een 30 centimeter lang wit visje dat zijn territorium zo fel verdedigde dat hij Merijn beet en een rood plekje nog een paar dagen zichtbaar bleef. ;-) Het duiken beviel zo goed, dat we een duikcursus in onze reisplannen hebben gevoegd!

[flickr_set id="72157635305284581"]

Onvermoeibare ouders..

Kuala Lumpur

“Maar we zijn nu toch in de buurt van die Chinese wijk? Ja, wel enigszins op zich.. Nou, zullen daar dan ook nog even heen, ik bedoel aangezien we hier nu toch zijn..? Laten we dan maar even een taxi nemen, want mijn voeten zijn inmiddels best wel moe.” In september waren Rien en Nel, Marianne’s ouders, hier en ze wilden alles zien, super leuk! In het eerste weekend dat ze hier waren, hebben we dan ook meteen (de groene kanten van) Kuala Lumpur verkend. De orchideeën in de Lake Gardens, de Petronas Towers, de Chinese wijk, de Batu Caves, FRIM (een tropische variant van het Amsterdamse bos), we zijn er allemaal geweest. Maar het was vooral ook heel leuk om de omgeving waar we wonen en ons kantoor en favoriete restaurantje en dat soort dingen te laten zien. Bij de foto’s zie je dan eindelijk ook eens de flat waarin we wonen en “ons” zwembad (met dank aan mijn ouders dus ;-) ). We wonen in het appartement onder de C.

Na het weekend zijn Rien en Nel voor een week naar Sumatra vertrokken, om de geboorteplaats van mijn oma, Bukittinggi, en de omgeving daar te bekijken. Ze kwamen terug met prachtige foto’s en verhalen, maar helaas ook met een “Delhi-belly” voor mijn moeder. Ze was een paar dagen echt goed ziek, heel vervelend voor haar. Maar gelukkig was ze bij ons thuis en niet in een hotelkamer. In de tussentijd zijn we met mijn vader naar een mangrove-eilandje, Pulau Ketam, Krabeiland, hier in de buurt geweest. Daar gaan veel mensen heen om seafood te eten, maar verder valt er niet zoveel te doen. Het ligt midden in een mooi mangrovegebied, maar er is geen (toeristische) infrastructuur om dat te bezoeken. Op ons kantoor spelen we met het idee om daar een project op te zetten; het is vlakbij KL en goed bereikbaar, er is nog veel mangrove en de mensen die er wonen springen niet bepaald voorzichtig om met hun omgeving, overal ligt afval. Daar moeten mogelijkheden liggen..

1 Jeuh, Hollandse lekkernijen!

2 Het zwembad

3 Gotham City

5 Roti Canai, ontbijt

4 Onze flat

6 Zicht op Petronas en TV-toren vanaf Lake Gardens

7 Orchideetje

9 In FRIM

8 Orchideeënwinkeltje

10 Thick-billed Green Pigeon, duifje

11 Vogel gespot

12 Gave plant

13 Bij de Batu Caves

14 In de Batu Caves

15 Pulau Ketam, Krabeiland

16 Lunch

17 Dapper mangroveplantje

18 Recycling

19 Géén recycling

20 Het dorp op Pulau Ketam

Sabah

Gelukkig was Nel bijtijds hersteld voor onze gezamenlijke reis naar Borneo! We vlogen op Sandakan (klinkt mythisch, toch?). Op het vliegveld werden we opgehaald door meneer Robert Chong, onze gids en gastheer voor de volgende dagen. Hij nam ons mee naar zijn lodge aan de Kinabatangan rivier, waarvandaan we een aantal dagen boottochtjes hebben gemaakt. Onze pogingen om de Bornean Ground Cuckoo te zien (een specialiteit van onze gids) hebben helaas niets opgeleverd. We hebben in totaal wel acht uur in een slootje zitten wachten, terwijl de gids dat beest probeerde te lokken. We hebben er drie gehoord, ook best dichtbij, maar ze lieten zich niet zien. Heel onthaastend, zullen we maar zeggen.

Maar we hebben ook heel veel wel gezien! Een orang oetan, dwergolifanten (nog steeds behoorlijk groot), borneo gibbons, baardzwijnen, slanke otters, neusapen en ‘s nachts zeekrokodillen, leopard cats, een netpython en een heel zeldzame flat-headed cat. En natuurlijk vogels in alle soorten en maten! We hebben onder andere zeven soorten neushoornvogels gezien, bijzondere ooievaars (Storm’s Stork), verschillende soorten ijsvogels, een aantal pitta’s (heel mooie, maar moeilijk te vinden vogeltjes) en nog veel meer.

Na een paar dagen hebben we de fijne lodge van meneer Chong verlaten en zijn we via de Gomantong Caves naar het regenwoud gegaan. In die grotten maken zwaluwen de nestjes die gebruikt worden voor vogelnestjessoep. Die nestjes waren net “geoogst”, dus daar hebben we niet veel van gezien. Wat we wel hebben gezien was stront en ongedierte, wat een smerige bende! In de hele grot was de grond bedekt met een tapijt dat op sommige plekken wel 4 meter hoog kwam. Voor mij geen vogelnestjessoep!

Het Rainforest Discovery Center in Sepilok beviel ons een stuk beter. Dit centrum ligt aan de rand van het regenwoud en is erg goed opgezet. Ze hebben mooie, goed begaanbare paden aangelegd en stellages gebouwd waarop je tussen de boomkruinen door kunt lopen (canopy walkways). Dat leverde mooie uitzichten op het bos en de vogels op. Op Borneo lijkt het wel of alles kan vliegen, je hebt er o.a. vliegende slangen, vliegende kikkers, vliegende honden, echt vanalles. En wij hebben hier (na redelijk lang wachten in de schemering) een vliegende eekhoorn gezien, heel gaaf. Dat beestje heeft tussen z’n voor- en achterpoten vel, dus als het z’n poten uitstrekt is het net een vlieger en kan het wel 50 meter vliegen.

Mount Kinabalu

Na de hitte op de rivier en in het bos, hebben we het wat hoger opgezocht om af te koelen. Mount Kinabalu is de hoogste berg van Zuid-Oost Azie (4095 meter hoog) en ligt in het noordwesten van Sabah. We logeerden natuurlijk niet op 4000 meter hoogte, maar in een dorpje aan de voet van de berg, Kundasang, waar het ook al een stuk koeler is dan in de laaglanden, een verademing.

Veel mensen komen hiernaartoe om de berg te beklimmen. Dat moet je dan ook ruim van tevoren regelen. Je mag niet zomaar in je eentje naar de top namelijk, dat moet met een gids en volgens een bepaald schema. Op de lagere hellingen van de berg kun je echter ook heel mooi en zonder gids wandelen en dat hebben wij dus gedaan. Wederom veel gezien, de vogels lieten zich niet zo goed zien als gehoopt, maar het landschap was mooi, mysterieus zelfs af en toe en we hebben ook mooie planten gezien, zoals wilde orchideeen.

De laatste dag hebben Merijn en ik met z’n tweeen wel de berg zo hoog beklommen als mag zonder vergunning (tot bijna 3000 meter). Dat was een prachtige tocht. Langzaamaan zie je de vegetatie ijler worden en veranderen. De vergezichten op de berg en op het laagland deden op het laatst zelfs “tolkienesk” aan. Die berg willen we nog wel eens helemaal beklimmen! (= plan voor volgend jaar)

Al met al was een heel geslaagde vakantie. We hebben heel veel gezien en gedaan en genoten van elkaars gezelschap. Terug in KL hadden Rien en Nel nog een klein weekje voor ze terug gingen naar Nederland. Daarin hebben ze nog een paar dagen cultuur gesnoven in Melakka, want dat moest ook nog wel even na al die natuur. Het afscheid was lastig, maar het was heel fijn dat ze hier waren geweest.

Inmiddels is Merijn al weer een week naar Brunei geweest, ben ik begonnen met een cursus tekenen en schilderen (eens even iets anders dan al die natuur, vogels enz. ;-) ) en vertrekken we morgen naar Java voor een paar dagen vakantie en een meeting met mensen van Wetlands van over de hele wereld over mangroves, zin in!

Voor wie meer foto’s wil zien van de vogels en dieren die we gezien hebben, zie: http://observado.org/user/photos/9131?lang=nl&local=xx

21 Aankomst in Sandakan

24 Leopard Cat

23 Neusaap

22 Op de Kinabatangan rivier

25 River cruise

26 Orang Oetan

27 Wachten op de Ground Cuckoo

28 Along the watchtower

30 Red-naped Trogon, rare vogels..

31 Wachten op de vliegende eekhoorns

29 Copper-throated Sunbird

32 Ontbijt! Niet slecht, toch?

33 Aankomst in de bergen, brr, koud.. hmmm, lekker..

35 In het bos

36 Met z'n vieren en de Kinabalu

37 Mooi doorkijkje

38 Steamboat (Chinees fondue)

39 Tolkienesk, toch?

40 "Tsjaa, apart.." Durian proeven

 

Brunei: kamperen, vergaderen en Hollandse apen

En dan is het zover: onze eerste werktrip staat op het punt te beginnen. In twee weken (18 maart tot en met 2 april) bezoeken we drie landen, werken we mee aan de organisatie van een congres, hebben we vergaderingen, bekijken we locaties die mogelijk geschikt zijn voor onderzoek en natuurherstel en duiken we de sloppen van een mega stad in.

De eerste etappe is Brunei: het kleine landje op het grote eiland Borneo, met een machtige sultan die superrijk is geworden door de olie. Hier organiseert Wetlands samen met het Bruneise ministerie van Natural Resources een driedaagse Internationale Conferentie over ‘Wetland Forests’.

Maar voordat we de conferentiezaal induiken, willen we eerst even de befaamde Bruneise jungle in. Daarom hebben we een tweedaagse campingtrip geboekt met Jungle Dave (hij noemt zichzelf echt zo!). Nadat we een erg vroege vlucht vanuit Kuala Lumpur hebben genomen worden we door hem opghaald op het vliegtuig. We gaan met hem naar een deel van het regenwoud waar weinig toeristen komen en dat pas onlangs tot reservaat is verklaard. Vanaf de auto lopen we over een smal paadje het bos in: tof! We lopen langzaam richting onze kampeerplek, hopend op wild, maar het is midden op de dag dus behoorlijk stil…wel gutst het zweet van onze gezichten, ook al spannen we ons nauwelijks in. De kampeerplek bestaat uit een paar iglotentjes, een afdak waar gekookt en gegeten kan worden, een wc (jaja) en een beekje: best luxe dus! Na ons geïnstalleerd te hebben gaan we het bos in: we volgen wildpaadjes dwars door het bos en zitten soms een half uur op de grond of een boomstam om te wachten op zoogdieren. Die middag komen we niet veel verder dan een paar vliegende hagdissen die elkaar achter elkaar aanzitten, al zwevend van boom naar boom en een Maroon Leaf Monkey die zich snel uit de voeten maakt. Ook leuk!

Met een continu dreigend onweer blijft het bos helaas stil, ook tijdens onze nachtwandeling. Wel hoor ik geschuifel rond de tent ’s nachts, en als ik even later opsta om naar de wc te gaan zie ik in het schijnsel van mijn zaklamp grote groene ogen: een kat! Helaas heb ik mijn kijker niet meegenomen, dus zullen we nooit weten wat het is… Slapen in het bos is gaaf: wat een herrie zo ’s nachts van alle krekels! In de tent zitten wel een paar nare knutjes, maar uiteindelijk slapen we toch wel een paar uur verrassend lekker. De volgende ochtend staan we in het donker op en lopen we langzaam naar een plek waar we uitkijken op een vijgenboom. Hier wachten we zonsopkomst af. Al snel bginnen in de verte Bornean Gibbons te huilen. Uiteindelijk zijn liefst vijf groepen tegen elkaar in aan het roepen: wat een gaaf geluid! Helaas krijgen we er geen te zien, alhoewel Black-and-yellow Broadbill, Zwarte Neushoornvogels, wat leuke sunbirds (honingzuigers), wandelende takken tot 20 cm en een leaf-insect (zeg maar een wandelend blaadje!) maken dat we zeker niet klagen.

We zien nog wel een groep Maroon Leaf Monkeys en horen zwijnen, maar alles schiet erg snel weg. Jagen met geweer is dan verboden in Brunei, aan het gedrag van de dieren te zien wordt er nog behoorlijk gestroopt, al ontkent onze gids dit. Ook vleerhonden worden veel gevangen, met mistnetten die tussen de bomen worden gehangen: niet dat ze lekker zijn, maar ze schijnen te helpen tegen de astma… Als we het bos ’s middags uitlopen hebben we niet heel veel gezien, maar het van de paden afgaan, heel rustig het bos op je inlaten werken en al geluiden maakt dat het toch een mooie trip is geweest!

Terug in Bandar Seri Begawan, de hoofdstad, ontmoeten we Denise, onze collega uit Maleisië. Samen lopen we langs moderne moskeeën, doen een vaartochtje langs en door Kampung Ayer, een complete stad op palen in het water, en eten we Ambuyat, het nationale gerecht van Brunei gemaakt van de Sagopalm. Het blijkt een goedje te zijn dat er precies zo uit ziet en waarschijnlijk ook net zo smaakt als behangplaksel…maar het sausje is wel aardig. :-)

Het congres mag gerust een succes genoemd worden. Na een eerste velddag, waarin we met de Minister bomen planten in een nieuw reservaat rondom een meer (Lesser Fish Eagle!) en interessante mensen ontmoeten, duiken we twee dagen de zaal in. We leren dat de ontwikkeling van oliepalm op tropische veenbossen momenteel de grootste ecologische ramp van Zuidoost Azie is. Niet alleen gaat een unieke biodiversiteit verloren, ook zorgt de drainage van het veen voor inklinking en een enorme uitstoot van broeikasgassen, wat maakt dat Indonesië nu al tot de topuitstoters van de wereld behoort en dat palmolie als biobrandstof vijf keer zo vervuilend is als fossiele olie! Ook maakt ontginning de venen enorm vatbaar voor brand, wat voor de grote rookpluimen zorgt die jaarlijks over Zuidoost Azie liggen. Uiteindelijk zal al het veen verloren gaan en zullen de gebieden overstromen: binnen 30 jaar heb je dus niets meer aan het gebied. Ondanks al het bewijs blijven bedrijven en overheden (eigenlijk alleen de Maleise en Indonesische) nog massaal voor de korte termijn winst van de palmolie kiezen…. In de afgelopen 20 jaar is meer dan 70% van alle veenbossen aangetast, er is dus snel actie nodig om ervoor te zorgen dat er nog wat overblijft. Omdat het kleine Brunei zijn geld vooral verdient met fossiele olie, zijn de veenbossen hier nog grotendeels intact. Brunei kan dus als voorbeeld gaan dienen voor een duurzame economie en ruimtelijke ordening. De Minister is enthousiast over het congres en maakt aan het einde bekend dat Brunei lid zal worden van Ramsar (conventie over wetlandbescherming) en waarschijnlijk ook van Wetlands International. Geïnteresseerd in de presentaties of berichten in het Bruneise nieuws? Kijk dan onderaan op http://malaysia.wetlands.org/NEWS/tabid/509/articleType/ArticleView/articleId/2890/Default.aspx

Na het congres reizen we samen met collega’s Ward en Shin via catamaran en speedboot van Brunei naar het Klias schiereiland in Sabah, Maleis Borneo. Op zoek naar geschikte locaties voor natuurherstelprojecten, bezoeken we in twee dagen mooi rivier- en strandbos en zien we hoe de veenbossen hier ernstig bedreigd worden en aangetast zijn. Maar ook is het een beetje weekend en maken we mooie boottripjes over de Klias rivier met leuke groepen Neusaspen, die door hun dikke buiken en grote neuzen hier ook wel Orang Belanda, ofwel Hollanders worden genoemd. Zo blijf je als volk toch maar mooi herinnerd na het koloniale tijdperk. Ook zien we vuurvliegjes een mooie discoshow geven, leuke steltlopers (beide sandplovers en mijn eerste Tattler), Filipijnse Thermometervogel (die zijn eieren uit laat broeden in een hoop rottende bladeren en normaal alleen op kleine eilandjes te zien is) en hoe een Greater Coucal (een grote koekoeksoort) de tent uit wordt gejaagd door een Pied Fantail.

We besluiten ons bezoek aan Borneo met een vergadering met Yayasan Sabah (de Sabah ontwikkelingsmaatschappij) met een positieve uitkomst: we gaan samen kijken of we aan de oostkant van Sabah een onderzoekscentrum voor mangroven en koraal kunnen opzetten.

Dan de Filipijnen…maar daarover meer in onze volgende blog.

Wil je wat meer in detail op de hoogte willen blijven van de soortjes? Kijk dan af en toe op http://observado.org/user/photos/9131 waar ik ook bewijsplaatjes van beesten plaats

19. Mooi veenbos, zoals het hoort

20. Olie palm plantage op veen

17. Mangroves aan Kimanis Bay

18. Aangespoelde drenkeling?

15. 's Ochtends vroeg de rivier op

16. Op de rivier

13. Orang Belanda (= Hollanders)

14. Neusapen laten zich het liefst zo zien..

11. Zwaar hoor, alsmaar vergaderen

12. Orchidee

10. Met de Bruneise collega's

9. Shin en Datu Keizrul met de Minister

8. Manning the stand..

6. Reigor (Rufous Night-heron)

1. Op Safari in Brunei

7. Hmmm, ambuyat...

5. Efteling meets werkelijkheid

3. Kampung Ayer (water dorp)

4. Benzinestation van het waterdorp

2.Ook in de jungle wast Merijn af